Balanceren tussen markt en bureaucratie
23 februari 2016 | 1 min lezen
De modernisering van de overheid vergt veel van het balanceervermogen van beleidsmakers. Markt en bureaucratie raken meer vermengd, maar wat is de optimale mengvorm van prijsprikkels en formele regels? Zodra zelfsturing en eigen verantwoordelijkheid belangrijker worden, gaat vertrouwen een grotere rol spelen, stelt dr. Ferry Koster, buitengewoon hoogleraar Innovatieve Samenwerking bij TIAS.
Decentralisatie, privatisering en de overgang naar de participatiemaatschappij hebben gevolgen voor de samenwerking tussen betrokken partijen, of het nu gaat om zorg, de arbeidsmarkt of onderwijs. Aan de ene kant is de noodzaak tot samenwerking groter, anderzijds wordt de wijze waarop die samenwerking bestuurd wordt, complexer.
Balanceervermogen
Als diensten volledig geprivatiseerd zijn, kan het prijsmechanisme functioneren. Wanneer deze volledig via de overheid worden geproduceerd, werken bureaucratische mechanismen. Beide mechanismen hebben voor- en nadelen. Terwijl het marktmechanisme onder bepaalde omstandigheden tot efficiëntie leidt, kunnen markten falen. Anderzijds kunnen bureaucratieën marktfalen tegengaan, maar ook tot inefficiënties leiden.
Zolang één van de mechanismen gebruikt wordt, is de situatie relatief eenvoudig. Wordt er geprivatiseerd, zorg dan dat het marktmechanisme kan werken. Wordt de dienst door de overheid voortgebracht, zorg dan voor goede regelingen.
In de praktijk is doorgaans sprake van een mengvorm van markt en bureaucratie. Dit vraagt het nodige van het balanceervermogen van beleidsmakers. Zij proberen antwoord te geven op de vraag: wat is de optimale mengvorm van prijsprikkels en formele regels? De modernisering van de overheid zal nog meer van dat balanceervermogen vragen, om diverse redenen.
Netwerken en vertrouwen
Om te beginnen zal blijken dat het onvoldoende is om van twee opties - markt en bureaucratie - uit te gaan. Zodra er meer nadruk wordt gelegd op zelfsturing en eigen verantwoordelijkheid, is een derde mechanisme van belang. Dat mechanisme is gelegen in de informele relaties tussen partijen en wordt aangeduid met vertrouwen. Dat sturingsmechanisme werkt als partijen op basis van sociale normen met elkaar samenwerken.
Zodra er minder centrale sturing is, is privatisering dus niet de enige optie voor het tot stand brengen van samenwerking. Het is ook mogelijk dat die verbanden functioneren op basis van netwerken en vertrouwen. Zeer waarschijnlijk is dat zelfs nodig, om de negatieve kanten van de markt en de bureaucratie tegen te gaan.
Combinaties
Maar daarmee zijn we er nog niet, want blind varen op vertrouwen werkt ook niet altijd. Als gevolg daarvan zullen beleidsmakers in toenemende mate te maken krijgen met samenwerkingsverbanden waarin sprake is van combinaties van markt, bureaucratie en vertrouwen. Welke combinaties optimaal zijn en hoe dat te bereiken, is een belangrijke vraag voor de moderne overheid.
Ferry Koster is als bijzonder hoogleraar op de mr. dr. B.J.M. Van Spaendonck-leerstoel Innovatieve Samenwerking verbonden aan het GovernanceLAB van TIAS School for Business and Society. Hij doet onderzoek naar de verschillende samenwerkingsvormen waarin innovatie plaatsvindt.