Verspreid leiderschap in de Jasmijnrevolutie
27 maart 2014 | 1 min lezen
De Jasmijnrevolutie speelde zich af rond de jaarwisseling van 2010 en 2011 in Tunesië. Aanleiding was de zelfverbranding van een illegale straatverkoper. Een omstander maakte met een mobiele telefoon een foto van de zelfverbranding en verspreidde deze via internet. De foto activeerde internetgebruikers in Tunesië tot lokale protesten die uitgroeiden tot massale demonstraties. Reza Esmaili – docent en manager aan de Hogeschool van Amsterdam – vroeg zich af bij wie of wat het leiderschap over de revolutie lag. De betekenis van internet voor de Jasmijnrevolutie bracht hem op het idee om voor zijn onderzoek het Tipping Point-model van Gladwell te gebruiken.
Beeld: © Nationale Beeldbank
In 2001 ontwierp Gladwell zijn model na analyse van de verspreiding van boodschappen als innovaties (fax en gsm), ideeën en gedragingen. Hij ontdekte 3 wetmatigheden:
- De wet van de enkelingen: een kleine groep mensen kan een boodschap overbrengen aan een grote massa mits de groep bestaat uit onderling verbonden, kenners, verbinders en verkoper (figuur 1).
- De kracht van de context: elementen in de context kunnen de verspreiding van boodschappen versterken en in snelheid doen toenemen.
- De beklijvende factor: kleine elementen in een boodschap kunnen deze beter laten aanspreken en doen onthouden.

Figuur 1. Het Tipping Point-model volgens Gladwell uit 2001
Uit de vergelijking van het verloop van de Jasmijnrevolutie met het Tipping Point model bleek, volgens Esmaili, dat de zelfverbranding door de illegale straatverkoper het moment was waarop een geleidelijk toenemende onvrede omsloeg in protesten. In het verloop van de protesten en de daaropvolgende massale demonstraties zijn de drie wetmatigheden herkenbaar:
- Na de zelfverbranding bracht een kleine groep mensen het idee van protesten over op een grote massa. In deze groep stonden kenners (prominente vakbondsleden en advocaten en internet activisten), verbinders (internetgebruikers) en verkopers (lokale vakbondsleden en advocaten en internetgebruikers) via internet met elkaar in contact.
- De Jasmijnrevolutie vond plaats in een context met elementen die een versterkende invloed hadden op de protesten zoals de levens- en politieke omstandigheden en de beschikbaarheid over mobiele telefonie en internet.
- Er was er sprake van een herhaling van de oproepen tot protesteren via sociale media, een diversiteit aan boodschappen van de verkopers door een toevoeging van nieuwe elementen aan bestaande boodschappen.
Aldus kwam Esmaili tot de ontdekking dat er in de Jasmijnrevolutie sprake was van gespreid leiderschap (de kenners, de verbinders en de verkopers) en dat gespreid leiderschap onder bepaalde voorwaarden (de kracht van de context) richting kan geven aan sociale verandering mede dankzij beklijvende factoren als een aansprekende boodschap in vele variëteiten.
Met zijn artikel over de Jasmijnrevolutie sluit Esmaili het thema Veranderen af. In het volgende deel open Sophia Viet het thema Vertrouwen met de vraag wat de betekenis van vertrouwen is en waarom vertrouwen een thema is in het publieke debat over de relatie gemeente - burger.