CFO door schade en schande wijzer geworden
De deals vliegen CFO’s weer om de oren. De wereldwijde M&A-markt is in lange tijd niet zo actief geweest als nu. Toch is de CFO door schade en schande tijdens de financiële crisis voorzichtig geworden. “En dat is volkomen terecht”, beschouwt Joy van der Veer, business valuator van het jaar en als kerndocent verbonden aan de Executive Master of Business Valuation van TIAS.
Samen met Frans de Roon, (academic director) en Camilla van den Boom (onderzoeker en docent) is hij verbonden aan het TIAS FinanceLAB waar onder meer onderzoek wordt gedaan naar value based management. De kernvraag: hoe zijn canvas businessmodellen in een forecastachtige setting te vertalen naar harde cijfers? Welke cashflows en risico’s zijn te voorspellen? En kunnen risico’s vervolgens worden gemitigeerd?
“Uiterst interessante materie, zeker nu in de BV Nederland de nadruk ligt op corporate venturing om het businessmodel van de toekomst te vinden", vindt Van der Veer. "We hebben van het onderzoek en het daaraan vastzittende model wat we aan het uitwerken zijn, hoge verwachtingen. We testen het model verder in 2016 en 2017, samen met meerdere CFO’s.” Financiële topmannen zijn nog niet zo ver met dit type value based management, constateert hij er meteen achteraan. “Dat is onontgonnen terrein voor hen. Ze zijn toch eerder geneigd om, om het plat te zeggen, goed op de winkel te passen.”
Som der delen
Dat moet anders, volgens Van der Veer. Dergelijke modellen zouden in de toekomst ook waarderingen van overnames makkelijker moeten maken. “Want hier is meteen het toekomstige verdienmodel uit te destilleren...” Dat maakt ook de waardering van de over te nemen assets eenvoudiger. “Dat zegt nog niets over de markt, maar je kunt al wel de som der delen uitrekenen voorafgaand aan een overname.” Handig gereedschap voor de CFO, voor de prijsbepaling.
Diezelfde CFO is voorzichtig geworden, constateert Van der Veer. “Voor 2008 keek ik met argusogen naar deals en hoe ongelofelijk makkelijk er acquisities met geleend geld werden aangegaan. Alsof er geen risico’s bestonden…” Inmiddels hebben CFO’s de balansen opgeschoond, is het motto cash, cash en nog eens cash. “Je ziet nu een inhaaleffect ontstaan na jaren waarin de M&A-markt praktisch stil lag. Ook dat effect is met logica te verklaren. De opgebouwde oorlogskas kan uitgekeerd worden aan aandeelhouders, maar die hebben op hun beurt maar relatief weinig beleggingsmogelijkheden (erg lage rente). En waarom zou je de cashpositie dan niet aanwenden om groei en uiteindelijk aandeelhoudersrendement te bewerkstelligen middels verantwoorde acquisities.”
Cash is daarmee als water. Het wil zijn meest gunstige en natuurlijke weg vinden. Daarbij valt volgens Van der Veer op dat due diligence-trajecten veel zwaarder zijn dan voor de crisis. “Ook dat is een goede ontwikkeling. Keken fusie- en overnamespecialisten eerder alleen finance, tax en legal, tegenwoordig zit in het standaardpakket ook een commercial due diligence. Deze wordt uitgevoerd door daarin gespecialiseerde advieskantoren. Kernvraag: wat is exact het verdienmodel van de toekomst?
In de jaren 2010 tot 2013 zagen we dat er minder kopende partijen beschikbaar waren en dat mede daardoor ondernemingen tegen lagere prijsniveaus van de hand gingen. Nu zie je de transactieprijzen weer omhooggaan. En dat is verbazingwekkend, aangezien de economische omstandigheden nog maar marginaal zijn verbeterd.” Waarom zijn kopende partijen weer bereid om in de buidel te tasten? “Synergie-elementen”, stelt Van der Veer. “De ruimte voor onderhandelen wordt bepaald door het aantal alternatieven dat je hebt. In veel gevallen wil je voor een buy and build-strategie een bestaand platform kopen dat nauwelijks zijn gelijke kent. Hoe unieker en beter passend bij de bestaande business, hoe meer geld er op tafel komt.”
Duwtje in de rug
CFO’s worden, na het initiële en natuurlijke optimisme van de CEO, geacht kritisch naar die synergie-effecten te kijken. “En uit en te na de toekomstige verdienmodellen door te rekenen.” Daarbij lijkt de lage rentestand een duwtje in de rug voor ondernemingen die op overnamepad willen. “Maar wat is goedkoop als je de risico’s van de overname niet kunt duiden?”, waarschuwt Van der Veer. “Je zit voor langere tijd aan het geacquireerde platform vast en de vraag is of je aan de aflossingsverplichtingen die je voor de deal bent aangegaan, kunt blijven voldoen. En dus is ook de vraag of je met de overname additionele geldstromen kunt realiseren. Bij die gevoeligheidstoets, in feite een realiteitscheck, moeten CFO’s vooroplopen. Komt de organisatie niet te snel in distress als verwachtingen niet uitpakken zoals gedacht?”
De CFO is voorzichtiger. Dat constateert niet alleen Van der Veer, maar dat blijkt ook uit een CFO Survey van Deloitte. Ondanks dat de CFO’s positiever zijn over hun omzetverwachting en de huidige economische situatie, neemt hun bereidheid om balansgerelateerde risico’s te nemen bijna niet toe. Deze voorzichtigheid uit zich ook op de fusie- en overnamemarkt. Het realiseren van groei door fusies en overnames blijft voor de CFO een realistische optie, vanwege lage rentes en beschikbare financieringsmogelijkheden.
Toch is het aantal CFO’s dat de komende 12 maanden meer transacties op de fusie- en overnamemarkt verwacht met 79 procent stabiel gebleven. Ook geven meer CFO’s aan van plan te zijn bedrijfsonderdelen af te stoten. Van der Veer reageert tot slot: “Die voorzichtigheid ten opzichte van balansgerelateerde risico’s kan ik alleen maar toejuichen. Laat de CEO maar vol goede moed zijn. De CFO moet de verwachtingen temperen. Laat hem of haar maar conservatief zijn. Dat kan geen enkele kwaad.”
Master of Business Valuation
Joy van der Veer is als kerndocent verbonden aan de Master of Business Valuation aan TIAS. Met deze opleiding ontwikkelt u uw kennis en kunde van bedrijfswaardering voor de volgende stap in uw carrier als professioneel Business Valuator.
Lees meer over deze Master
Dit interview is eerder gepubliceerd in Executive Finance (2016, editie 2)