Zorginstituut stimuleert marktwerking op de IC
Het weghalen van een ondergrens voor intensive care, en daarbij rekenen op een vorm van marktwerking, is niet zonder gevaren, waarschuwt prof. dr. Nardo van der Meer in deze column.
Intensive Care (IC) Nederland maakt roerige tijden door. Afgelopen najaar werd, na een lange intensieve periode, een conceptrichtlijn IC niet geaccordeerd. De intensivisten konden het niet eens worden over een nieuwe kwaliteitsstandaard. Dat was het sein voor het Zorginstituut Nederland (ZIN) om het mandaat uit handen te nemen van de beroepsgroepen en nu zelf met een richtlijn te komen.
Dat is afgelopen maand gebeurd. Na enkele maanden van knelpunt- en probleeminventarisatie en het horen van tientallen vertegenwoordigers van evenzoveel stakeholders, ligt er nu een document waar iedereen zijn of haar mening over mag geven. Groot verschil: er zal niet gestemd worden; het ZIN komt met een bindend besluit.
De basis van het document is de eerder niet aanvaarde conceptrichtlijn. Logisch, want een groot deel van de richtlijn stond helemaal niet ter discussie. Knelpunten die er waren, lagen op het vlak van de 24-uurs verplichte aanwezigheid van intensivisten in het ziekenhuis, de minimale aantallen verpleegkundigen en artsen die er moeten zijn op een IC, en in welke gevallen ernstige zieken patiënten moeten worden overgeplaatst naar een grotere IC.
Gereguleerde marktwerking
Toegegeven: dat zijn ook lastige vraagstukken. Er is weinig wetenschappelijk bewijs voor een exact voorstel op al deze vlakken. Het ZIN heeft daarom besloten om in deze complexe en discutabele vraagstukken te rekenen op een houding van ‘gezond verstand’, ‘kwaliteitsbesef’ en ‘kosten-efficiëntie’ van de verschillende partijen. Kortom: gereguleerde marktwerking.
Het effect van bepaalde beslissingen zal achteraf worden gemeten en afhankelijk van die resultaten komen er aanpassingen. Dit lijkt op het eerste gezicht een handige oplossing. Echter, het weghalen van een bodem, een ondergrens, en daarbij rekenen op een vorm van ‘marktwerking’, kent gevaren.
Vergelijking met luchtvaart
Ik realiseer me dat het vergelijken van de zorg met bijvoorbeeld de luchtvaart wisselend populair is, maar toch vind ik hem hier van toepassing. Luchtvaartmaatschappijen zijn gebonden aan minimale IATA eisen. Dat geeft ons als passagiers een veilig gevoel. Binnen de IATA lijsten kennen we onze eigen favoriete luchtvaartmaatschappijen maar in principe is het veilig vliegen met alle aangesloten maatschappijen. Zou u willen dat de minimum eisen binnen de luchtvaart over gelaten worden aan ‘marktwerking en outcome’ ?
Zo is het ook met patiëntenzorg. Ziekenhuizen en intensive cares zullen onderling nooit 100% hetzelfde zijn, maar die verschillen vallen nu nog binnen de oude richtlijn marges. Die marges worden losgelaten. Het ZIN dwingt de intensivisten, ziekenhuisdirecteuren, zorgverzekeraars, de inspectie voor gezondheidszorg en de patiënten om op een andere nieuwe manier naar die marges te kijken. De marges vast te stellen op basis van “…marktwerking en (wetenschappelijke) outcome”.
Overhand van marktwerking
De laatste gegevens (over de outcome) zijn echter onvoldoende aanwezig. Daar is namelijk het concept op gesneuveld. Dit maakt de kans op de overhand van marktwerking en onderhandeling aannemelijk. Handjeklap? Patiënten hebben echter recht op transparante goede zorg, moeten vertrouwen houden in het systeem en een veilig gevoel hebben. Kan dat zonder zichtbare ondergrens? Het zal wennen zijn aan een nieuwe situatie. Werk aan de winkel voor de intensivisten zou ik zeggen!
Prof. dr. Nardo van der Meer is professor en director van het HealthLAB bij TIAS School for Business and Society.
Executive Master of Health Administration
Om innovatie mogelijk te maken, is vernieuwing en verbetering in zorginstellingen essentieel. Met de Executive Master of Health Administration van TIAS leert u hier als strategisch beslisser goed op in te spelen.
Lees meer over deze Master