Meer kennis kan gebruik psychofarmaca bij dementie terugdringen
4 november 2014 | 2 min lezen
De nieuwe wet Zorg en Dwang, die mogelijk in 2015 van start gaat, vraagt een andere rol van verzorgenden in hun omgang bij probleemgedrag bij dementie. Het gebruik van medicatie mag niet langer als vanzelfsprekend gezien worden. Als gevolg daarvan, wordt het toepassen van alternatieve behandelwijzen bij probleemgedrag noodzakelijk.
Beeld: © Nationale Beeldbank
Dit vraagt om meer kennis over de mogelijkheden en het gebruik ervan. Uit onderzoek dat ik deed, blijkt namelijk dat zorgprofessionals niet volledig toegerust zijn om deze alternatieve behandelwijzen toe te passen. Het onderzoek, eindopdracht van de TIAS Master of Health Administration, ging in op de handelswijze van zorgprofessionals bij de inzet van antipsychotica tijdens probleemgedrag bij dementie. Inmiddels ben ik in opdracht van Vilans betrokken bij een landelijk project (gefinancierd door VWS), dat het gebruik van psychofarmaca in zowel de ouderen- als de gehandicaptenzorg moet terugdringen.
Toedienen van antipsychotica bij dementie zou – behalve bij het behandelen van een psychose – zo min mogelijk moeten voorkomen. Bekende bijwerkingen van antipsychotica zijn onder meer de vermindering van cognitieve functies, een verhoogde kans op een beroerte, het verlies van initiatief en activiteit en een verhoogd risico op valincidenten. In Nederlandse verpleeghuizen krijgt ruim een derde van de dementerende cliënten langdurig psychofarmaca voorgeschreven.
Mooi voorbeeld
Er zijn recente initiatieven om het antipsychoticagebruik bij dementerenden te verminderen. Deze alternatieve aanpak is gericht op activering van de cliënt en de eerste resultaten zijn veelbelovend. Het behandelbeleid van de locatie Stadzicht van Stichting Laurens in Rotterdam is hier een voorbeeld van. Zij besloten om cliënten met dementie in principe geen antipsychotica meer toe te dienen. Deze stap neemt een cultuurverandering met zich mee, voor zowel de betrokken zorgprofessionals als de familie. Uit het onderzoek blijkt, dat beide partijen veelal van mening zijn dat het gebruik van antipsychotica een onvervangbare rol heeft in het beperken van onrust. In de praktijk blijkt echter, dat de vernieuwde aanpak van Laurens, zichtbare resultaten oplevert en het gebruik van medicatie terug gedrongen kan worden.
Helaas staat het terugdringen van psychofarmaca bij dementie nog niet overal in Nederland op de agenda. Dit valt te verklaren uit het feit dat een dergelijke verandering niet eenvoudig is. Artsen, verzorgenden, familie, zorgkantoren, de farmacie en IGZ hebben zo allemaal hun eigen opvatting over wat wenselijk is. Om stappen in de juiste richting te kunnen zetten is een combinatie nodig van kennis vergaren over de alternatieve mogelijkheden, het realiseren van een cultuurverandering binnen het team van professionals en het borgen van voortgang voor familie en externe stakeholders.
Het startschot van een project
In oktober wordt er door Vilans een kick-off bijeenkomst met voorname stakeholders uit het veld georganiseerd. Deze invitational conference vormt het startschot van een project dat in Nederland moet leiden tot voldoende aandacht voor het terugdringen van het gebruik van psychofarmaca bij dementie en in de gehandicaptenzorg. Daarnaast wordt er de aankomende maanden gewerkt aan een praktisch bundel van alternatieven, die uitleg geeft over mogelijke handelswijzen bij probleemgedrag. Daar zal het echter niet bij blijven. Via pilot trajecten bij zorgorganisaties, die betrekking hebben op de cultuurverandering en de inzet van alternatieven, moet dit project leiden tot een verandering in het denken over de inzet van psychofarmaca.
Anne-Mieke Krijgsman den Ouden MSc. is als zelfstandig adviseur en coach werkzaam via WestOost Inc. en werkzaam voor verschillende zorgorganisaties in Nederland en Noord-Amerika. Haar expertise ligt met name op het vlak van strategie, bedrijfsvoering, en professionals. Ze heeft vanuit haar verpleegkundige achtergrond een bovengemiddelde interesse voor dementiezorg.